Wanneer u uw auto start, dan maakt de auto hierbij kort maar heel intensief gebruik van de batterij. Als de batterij van de auto (zogoed als) leeg is, zal het niet lukken om de auto alsnog te starten. Geen nood, want met startkabels komt u al een flink eind verder. Een set startkabels is te koop in zowat elke garage en/of benzinestation en bestaat uit twee dikke snoeren, een rode en een zwarte. Elk snoer heeft een grote klem aan beide uiteinden.
Let op: Bij nieuwere auto’s die boordevol elektronica zitten moet u oppassen. Wagens kunnen vandaag de dag voor 40% uit elektronische componenten bestaan. En al die onderdelen zijn rechtstreeks afhankelijk van de staat van uw batterij. Bij het aansluiten van de startkabels zal een stroomstoot in het elektrisch systeem gepompt worden en daar kan bepaalde elektronica erg slecht tegen. Bovendien bestaat de kans dat bij een leeggeraakte accu (onderspanning) de settings van sommige regelorganen verloren zijn gegaan. Een totale reset van het systeem zal dan nodig zijn.
Positie wagens
Hoe plaatst u beide wagens het best? Zorg dat de twee auto’s vlakbij elkaar staan en doe beide motorkappen open. Let op, de voertuigen mogen elkaar niet raken!
Het aansluiten van de startkabels
- Eerst zet u de motor af van het voertuig dat u komt depanneren. Schakel in beide voertuigen eveneens alle stroomverbruikers uit zoals radio, verwarming, airco, enz.
- Sluit de rode kabel aan op de +pool van de lege batterij
- Sluit de rode kabel aan op de +pool van de volle batterij
- Sluit de zwarte kabel aan op de -pool van de volle batterij
- Zet daarna de andere zwarte klem op een ‘massa’ van het pechvoertuig, bijv. een metalen deel van de motor of (ongelakt) carrosserie-deel.
- Start de motor van de auto met de volle batterij en laat de motor op een iets hoger toerental draaien. U kunt nu de motor van het voertuig direct proberen te starten of hier een paar minuten mee wachten. Is het starten van het pech voertuig gelukt, wacht dan nog enkele minuten voordat u de startkabels losmaakt. Schakel tijdelijk eveneens de achterruitverwarming en de kachel aan zodat de hoge laadstroom kan worden opgevangen.
Het afkoppelen van de startkabels
Maak eerst de zwarte startkabel los van de ‘massa’ van de auto met lege batterij. Haal de zwarte klem van de -pool van de volle batterij. Nu haalt u de rode batterijklem van de +pool van de goede batterij en als laatst haalt u de rode klem van de +pool van de slechte batterij. De batterij is na deze depannage minimaal geladen.
Let op: Zorg ervoor dat de rode en zwarte kabelklemmen op geen enkel moment contact met elkaar hebben.
Hoe voorkomt u dat u (nogmaals) een lege batterij hebt?
Om te voorkomen dat u (opnieuw) met een lege batterij komt te staan, maakt u minimaal eens in de twee weken een ritje van een uurtje. Wanneer de motor loopt wordt de batterij bijgeladen. Maakt geen korte ritjes want deze putten uw batterij enkel uit. Een batterij raakt pas opgeladen na een rit van 20 à 40 km, het liefst op een autosnelweg. Een snelle check-up van uw batterij kan ook voorspellen of uw batterij last zal ondervinden bij lage vriestemperaturen. Bij Midas bijvoorbeeld kan u steeds terecht om preventief uw autobatterij te laten controleren.